Aan het einde van het kaarsenleven hou je altijd restjes over. Of de kaars is te dik om helemaal gelijkmatig op te branden. Dan haal je de opstaande wanden weg zodat je het vlammetje weer wat beter ziet.  Maar ook de laatste restjes van de kaars is nog goed bruikbaar.

Kaarsen die branden bieden licht en vooral warmte en gezelligheid. Kaarsen kun je in alle vormen, kleuren en geuren kopen. Het is natuurlijk ook mogelijk om het zelf kaarsen te maken. Het is wellicht zelfs veel leuker om zelf kaarsen te maken zodat u uw creativiteit er in kwijt kan.

Kaars maken van oude kaars-restjes

De restjes gooi je in de prullenbak. Maar zou het niet leuk zijn om die restjes te bewaren zodat je hier weer een nieuwe kaars van kan maken. Dan kun je de kaars-restjes ook nog voor een nieuwe kaars gebruiken.

Ik verzamel deze restjes in een bak en maak ze dan ook alvast wat kleiner zodat de opslag in het bakje ook optimaal benut wordt.

Een nieuwe kaars kun je in een glazen potje of een aardenwerk potje doen. Of gebruik een oude pot waar eerder een kaars in gezeten heeft.

Kaars lont

Belangrijk is het lont. Ik gebruik lonten die ik op Amazon heb kunnen vinden. Dit zijn hele dunne platte houten plankjes met een klein voetje waar je dit plankje in vastklemt.

Vet smelten

Als eerste zet ik een pannetje ” op het vuur”.
Ik gebruik hier een vast pannetje voor omdat deze na gebruik altijd wat restjes gestold kaarsvet op de wand achter blijft. Natuurlijk kun je dit er iedere keer vanaf halen en schoon schuren maar dit pannetje is hiervoor gereserveerd.

De inductie kookplaat is een ideale toepassing. Ik heb dit in het verleden wel eens op de gasfornuis geprobeerd maar een gasvlam is gewoon wat lastiger te regelen en maakt de plaat van de pan snel te heet. Ook op een gasvlam met Au-Bain Marie is lastig. Het water wordt 100 graden, gaat borrelen en voor je het weet licht het hele bakje met kaarsvet om.

Let op!!
Een magnetron is ongeschikt voor het smelten van kaarsen. Doe dit dus vooral niet!

Ik zet de inductie kookplaat op standje 6 a 7 (van de 14) en laat het kaarsvet langzaam smelten. Bij mij wordt het gesmolten vet ongeveer 70 graden Celsius, wat een hele mooie temperatuur is voor gesmolten kaarsvet.

Ik wacht tot alle vet gesmolten is.

Kun je gelijk zien of er toch nog verontreinigingen in de restjes zit, die worden in het warme kaarsvet mooi zichtbaar.

Haal deze restjes er uit met twee sate-prikkers of een tangetje.

 

Nieuwe potten klaar maken voor gebruik

De nieuwe potten maak ik ondertussen schoon en kijk of de nieuwe kaars-lonten passen. Het oude kaarsvet kun je er voorzichtig uitschrapen. De laatste restjes kun je verwijderen met heet water. Met een schuursponsje haal je het laatste kaarsvet weg. Daarna kun je met een stukje keuken papier de binnenkant van de pot droog maken en alles is mooi helder klaar voor het nieuwe kaarsvet.

Daarna controleer ik de lengte van het nieuwe lont. Als de lengte gecontroleerd is haal ik de lonten uit de kaarsvormen.

Het gesmolten kaarsvet giet ik dan in de kaarsvorm.

Als de kaarsvorm gevuld is met heet kaarsvet laat ik langzaam de lont er in zakken. Eventueel gebruik je hier een tangetje voor zodat je niet het heete kaarsvet aan je vingers krijgt. Daarna laat ik de houder langzaam afkoelen.

Krimp-Put

Als je de kaars gewoon af laat koelen zal zich een punt rondom de lont vormen. Bij het stollen van de kaarsen-compositie ontstaat een ‘krimp-put’ rond de geplaatste lont.

Deze moet ‘doorgeprikt’ worden, om de lucht uit te kaars te laten ontsnappen en daarna wordt de kaars ‘opgegoten’ dan wel bijgegoten.

 

Door admin

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *